Runflat en Seal banden
Runflat banden
Runflat banden zijn een zeer recente technologische ontwikkeling. Runflat banden – in tegenstelling tot gewone banden – zijn voorzien van een versterkte flank (zie afbeelding hieronder : rode zone).
Wanneer een gewone band volledig plat rijdt, wordt de band door het gewicht van het voertuig samengedrukt (links). Als dit gebeurt tijdens het rijden, beschadigt dit de band dermate dat deze moet vervangen worden. Verder rijden is niet meer mogelijk en het voertuig is niet meer bestuurbaar.
Een runflat band daarentegen wordt zelfs bij volledig drukverlies niet samengedrukt : de versterking in de zijkant voorkomt dit, waardoor de wagen wél verder kan rijden tot de eerstvolgende garage of tankstation, waar de band kan worden hersteld of vervangen. De vuistregel is dat een runflat band nog tot 80 kilometer verder kan rijden aan maximaal 80 km/uur.
Het plaatsen van Run-flat banden is enkel mogelijk, indien het voertuig hiervan origineel door de fabrikant is voorzien : zo moet het voertuig minstens beschikken over een elektronisch bandendruk-controlesysteem, en aangepaste velgen.
Een groot misverstand omtrent Run-flat banden is de illusie dat deze band niet stuk kan gaan. Dit is echter volstrekt niet waar : het is goed mogelijk dat een Run-flat band na plat bereden te zijn, zelfs vanwege de constructeur niet hersteld màg worden! Deze band is dus geenszins onverwoestbaar, ze zorgt er enkel voor dat het voertuig aan een beperkte snelheid en voor een gelimiteerde afstand bestuurbaar blijft wanneer men een platte band zou rijden.
“Seal” banden
Als alternatief op de Runflat band, worden sommige banden tegenwoordig ook langs de binnenzijde voorzien van een taai-vloeibare lijmlaag. Bij inrijding verhindert deze laag dat de lucht uit de band kan ontsnappen, doordat het nagelgat “verstopt” raakt door de lijmlaag.
In tegenstelling tot een runflat-band heeft deze lijmlaag geen invloed op het rijgedrag van de banden, en blijft handling, grip en vooral comfort van de band ongewijzigd.